Traditie en toekomst

De druiventeelt overleeft de Tweede Wereldoorlog, maar voor de serrist is het duidelijk dat de goede tijd voorbij is. Toch blijft het aantal serres stijgen en gaat de productie van de tafeldruif opnieuw de hoogte in. Vanaf de jaren 50 zal de binnenlandse markt de concurrentie met buitenlandse druiven voelen. Om de tafeldruif meer bekendheid te geven, gaan de serristen en gemeenten druivenfeesten organiseren.

De uitvoer naar Groot-Brittanië bedraagt maar een tiende van vroeger. Anderzijds groeit de interesse vanuit West-Duitsland. Ondanks concurrentie met het buitenland stijgt het aantal druivenserres in 1961 tot 35.000 verspreid over een tiental gemeenten. De jaarlijkse opbrengst bedraagt 13 miljoen kilo.

Met de invoering van de Euromarkt in 1962 wordt ons land overspoeld met goedkope Zuiderse druiven. De energiecrisissen in 1972 en 1979 verdubbelen de stookolieprijs. De teelt is minder rendabel en in de familiebedrijven ontbreken opvolgers. Van 1970 tot 1980 daalt het aantal serres in de streek van 25.817 naar 10.917. 

Kaart met reclame van Raisin Meurisse uit Overijse,  ca. 1950 - 1960. Collectie Dru!f, huis van de tafeldruif.

Toekomst

Vandaag zijn er nog een 15-tal telers in de Druivenstreek. De vereniging De Sterredruif krijgt in 2008 een Europese erkenning voor de Vlaams-Brabantse tafeldruif met de toekenning van Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB).

Met het initiatief ‘Tafeldruif zoekt teler’ leiden Boerenbond en Praktijkpunt Landbouw Vlaams-Brabant startende tafeldruiventelers op.  

De tafeldruif blijft een traditioneel product, maar de technieken zijn sinds 1865 veel veranderd. Pesticiden hebben plaats gemaakt voor gewasbescherming. Veel plagen zijn te vermijden door preventief natuurlijke vijanden in te zetten. Om alle ziekten op biologische wijze onder controle te houden, is heel wat kennis nodig over insecten, mijten enz. Toch kan één kleine rups al serieuze schade aanrichten.

Ook maakt de technologie de serrist het iets gemakkelijker dan vroeger: verluchtingsramen en verwarming zijn computergestuurd. 

Serristen Filip en zijn zoon Koen Dewit uit Overijse. Foto door ©Lander Loeckx, 2010 - 2020. 

Dru!f, huis van de tafeldruif

In het bezoekerscentrum Dru!f stap je in de voetsporen van een echte serrist. Authentieke video’s en gebruiksvoorwerpen uit de collectie van de gemeente zijn er tentoon gesteld. Kinderen en families gaan op druivenexpeditie met een familieboekje.

Het bezoek is gratis, maar reserveren doe je best op voorhand via de website. 

Nog meer weten over de tafeldruif? Ferm gaf recent twee gratis boeken uit: 'Proef de passie, ontdek de Vlaams-Brabantse tafeldruif!' en 'Zelfgeknipt, alle tips & tricks voor het telen van (tafel)druiven'.

In de voetsporen van een echte serrist in Dru!f, huis van de tafeldruif. Foto ©Mark Timmermans, 2020 - 2021.

Terug naar boven