In 2015 blaast Boerenbond 125 kaarsjes uit. Ontstaan vanuit het solidariteitsideaal onder het motto ‘Ieder voor allen, allen voor ieder’, bleef de basisgedachte sinds 1890 gelijk: het verdedigen van de belangen van de land- en tuinbouwers.
De context waarin dit vandaag gebeurt, is echter fundamenteel anders: minder boeren produceren meer en gebruiken gps-gestuurde tractoren in plaats van paarden in een sterk verstedelijkt en multifunctioneel platteland. Door te groeien, evolueren, reageren, anticiperen en herstructureren probeerde Boerenbond zich daaraan voortdurend aan te passen.
Dit verhaal brengt meer dan een eeuw landbouw- en organisatiegeschiedenis in vogelvlucht…
Door Chantal Bisschop, 2015
De Belgische Boerenbond ontstond in 1890 tegen de achtergrond van de zware landbouwcrisis, de industrialisatie, de sterke roep voor het algemeen stemrecht en de toenemende aanhang van het socialisme.
In de eerste helft van de twintigste eeuw groeide de Boerenbond uit tot een echte massaorganisatie die duizenden boeren, boerinnen en boerenjongeren verenigde met het ideaal van een ‘machtige boerenstand in het verweer voor het katholiek geloof’ voor ogen.
In de snel wijzigende naoorlogse maatschappij maakte de landbouwsector een heus transformatieproces door. De Boerenbond speelde hierop in door de uitbreiding, versteviging en aanpassing van zijn diensten aan de nieuwe omstandigheden.
Met de splitsing van zijn ledenbeweging in een beroepsorganisatie en een bredere Landelijke Beweging slaagde de Boerenbond erin een succesvol antwoord te vinden op zowel het veranderende platteland als de snel moderniserende landbouw.
De voorbije 25 jaar zorgden een verdere daling van het aantal boeren en bedrijven, een doorgedreven schaalvergroting en specialisatie maar ook landbouwverbreding, de sterke invloed van Europa en landbouwcrisissen voor nieuwe situaties waaraan Boerenbond zijn dienstverlening, vormingsaanbod en belangenbehartiging steeds trachtte aan te passen.