Amerikaanse film over de uitputting van de grond en te nemen maatregelen om erosie en uitdroging tegen te gaan. De film start met beelden van veehoeders, de stem vertelt dat de grote vlakten in de nieuwe wereld lang met gras waren bedekt. Later hebben zich er grote landbouwbedrijven gevestigd, die het gras omploegden en zo meer graan dan ooit produceerden. Dit wordt ondersteund met het beeld van tiental pikdorsers naast elkaar die een groot stuk land oogsten. Maar dit ging niet zomaar en  door het vele ploegen speelde de regen de bovenste laag aarde weg, wat heel wat erosie problemen gaf.

Er moet geploegd worden om eten te verbouwen, vooral het golvend land is een probleem. Het grootste deel van de VS is zo steil dat de bovengrond wordt weggespoeld. Ieder stuk grond moet gebruikt worden waar het best geschikt voor is. Op steile wanden kan men beter aan bosbouw doen. Golven zijn best grasland: de koeien die ervan eten leveren melk voor boter kaas en roomijs. Het is belangrijk dat de boer niet teveel koeien op hetzelfde perceel gebruikt, want ook dan krijg je een woestijn waarvan de koeien zich niet kunnen voeden.

Effen en niet te droge grond wordt best voor voedselproductie gebruikt.  Als je toch glooiend land wilt gebruiken moet je maatregelen nemen. De voren moet horizontaal rond de heuvel heen worden gemaakt, zodat het water er blijft liggen en dan kan intrekken. Hiervoor moet eerst met een waterpas een lijn worden bepaald, die eerste voor is dan de leidraad voor de rest van het ploegen. Ook terrasbouw is een optie. Een speciale machine maakt hierbij een rug langs de contouren. Als een akker teveel geleden heeft kan je best gras zaaien, of groenbemesters die hij later kan omploegen. Ook stalmest of kalk kan over het land worden gestrooid, net als kunstmest. Dankzij verstandig gebruik van bodem en water zal in de toekomst het volk worden gevoed en gekleed.