Gegroeid uit de BJB

Het verhaal van de landelijke ruiterij in Vlaanderen vangt aan halfweg de jaren 1930 in Boezinge, een boerendorp in het zuiden van West-Vlaanderen.

BJB ruiterlidkaart 1951, KADOC - KU Leuven.

Boerenzoon, dit is uw sport...

De oorsprong van de Landelijke Rijverenigingen in Vlaanderen situeert zich in de jaren 1930 in het kader van de Katholieke Actie en binnen de Boerenjeugdbond (BJB), de jongerenwerking van de Belgische Boerenbond.

Initiatiefnemer was de West-Vlaamse priester André De Mey. Als onderpastoor, traditioneel de voortrekker van het lokale katholieke organisatiewezen, stond hij van Boezinge aan de wieg van de landelijke ruiterij.

Gedenkplaat te Boezinge Landelijke Rijverenigingen, 1957, KADOC - KU Leuven.

Zondagsruiters

Kort na 1935 startte hij met zondagse uitstappen voor de BJB-leden met hun boerenpaarden. Dat was een vernieuwend initiatief, want in België was ruiterij voor boeren absoluut onbekend.

De Mey had de mogelijkheden van de boerenruiterij leren kennen in Nederland, vooral bij de katholieke Bond van Landelijke Rijverenigingen van de Noord-Brabantse Christelijke Boerenbond. In de loop van 1937 startte hij met dressuur- en springoefeningen als onderdeel van de lokale BJB-werking.

Vlaggefeest BJB te Boezinge, 1936, KADOC - KU Leuven.

Uitbouw

De Mey greep in 1938 de organisatie van het gewestelijk zomerfeest van de Boezingse BJB aan om er één groot ruiterfeest van te maken, gepaard gaande met een uitgebreide promotiecampagne, inclusief het maken van een film. Daarmee was het startsein gegeven en kreeg De Mey een vrijgeleide om binnen BJB-verband de ruiterij verder uit te bouwen, als onderdeel van de plaatselijke BJB-afdelingen.

BJB-leider te Rollegem, KADOC - KU Leuven.

Eigen identiteit

Vragen tot samenwerking van bestaande ruiterijverenigingen hield De Mey af. De ruiterij situeerde zich in die periode veelal in de kringen van de kapitaalkrachtigere Franstalige burgerij, waar de meeste boerenzonen in Vlaanderen zich niet thuis voelden. Hij zag de landelijke ruiterij als een organisatie van en voor boerenzonen, in het katholieke organisatiekader.

Tot aan de oorlog vond er een voorzichtige uitbreiding van de activiteiten in de regio rond Boezinge plaats, maar het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog remde die logischerwijze sterk af. Niettemin bleef de werking ook tijdens de oorlogsjaren - zij het niet altijd even zichtbaar - doorgaan.

Briefhoofd van de Rijvereeniging van Sint-Truiden - Cercle équestre de Saint-Trond, april 1938, KADOC - KU Leuven.

Terug naar boven